advertentie
  • Schiedam
  • Vlaardingen
  • gezondheid
  • wonen

Thuiszorg in Schiedam en Vlaardingen onder druk: vooral Wmo piept en kraakt

In Schiedam en Vlaardingen groeit het aantal ouderen gestaag. De vergrijzing is zichtbaar in thuiszorgorganisaties, voelbaar tijdens indicatiegesprekken aan de keukentafel en merkbaar voor overbelaste thuishulpen. Vooral de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), die lichte hulp en begeleiding regelt, staat onder grote druk, terwijl de Wet langdurige zorg (Wlz) goed functioneert.

Rembrandt van der Heijden

door Rembrandt van der Heijden

donderdag 25 december 2025 09:49

Twee is op bezoek bij de familie Schouten in Schiedam. Nel Schouten heeft de ziekte van Parkinson en is een Wlz-cliënt (Een client die langdurige zorg ontvangt, red.). Door haar ziekte is het voor haar lastig om dagelijkse taken, zoals wassen, aankleden en medische handelingen, zelfstandig uit te voeren. Daarom krijgt Nel hulp, zowel huishoudelijk als medisch, waar zij en haar echtgenoot Willem erg blij mee zijn.

20251216_thuiszorg.00_02_43_03.Still012.jpg

Wijkverpleegkundige Christen den Dunnen en Kamer Gracic van de Frankelandgroep gaan langs bij Nel om thuiszorg te verlenen / Foto: Twee

 

Nel kan niet zonder

“Ik zou echt niet zonder kunnen, en ze zijn ook heel aardig en behulpzaam”, zegt Nel ietwat gespannen. In het huis zijn twee wijkverplegers aanwezig die op dat moment steunkousen aantrekken bij het echtpaar. Eén van hen begeleidt Nel vervolgens naar de badkamer om te douchen: een routine die onmisbaar is als zij zolang mogelijk thuis willen blijven wonen.

En dat is precies waar de thuiszorg voor bedoeld is: professionele ondersteuning zodat mensen zelfstandig en veilig thuis kunnen blijven wonen. Thuiszorg omvat persoonlijke verzorging, zoals hulp bij wassen, aankleden en medicatie, begeleiding bij dagelijkse taken, wijkverpleging voor medische handelingen aan huis, en huishoudelijke hulp zoals koken, schoonmaken en boodschappen doen. Of iemand onder de Wmo of onder de Wlz valt, hangt af van de zwaarte van de zorg dat nodig is: de Wmo regelt lichte ondersteuning en begeleiding, terwijl de Wlz zware, langdurige zorg biedt voor mensen die intensieve hulp nodig hebben.

20251216_thuiszorg.00_09_55_10.Still010.jpg

Nel krijgt hulp bij het aantrekken van de steunkous / Foto: Twee

Steeds meer ouderen

Cliënten melden zich aan via de huisarts, het ziekenhuis, het Wmo-loket of familie. Vervolgens beoordeelt een wijkverpleegkundige of medewerker van de zorgbemiddeling de zorgbehoefte en stelt samen met de cliënt en eventueel mantelzorgers een zorgplan op. Daarbij wordt gekeken naar wat iemand nog zelf kan doen en welke taken door professionals moeten worden overgenomen.

De verwachting is dat de vraag naar de thuiszorg door de vergrijzing in de toekomst waarschijnlijk alleen maar zal toenemen. Dat merken ook zorgorganisaties zoals de Frankelandgroep in Schiedam en de Zonnehuisgroep in Vlaardingen. “Het aantal tachtigplussers groeit enorm de komende jaren, dus wij gaan ervan uit dat we met ongeveer hetzelfde aantal medewerkers, meer mensen moeten voorzien van zorg”, aldus Danielle Stuit, manager extramurale zorg van de Frankelandgroep.

Tegelijkertijd neemt het aantal verzorgende en verpleegkundige af. “En dat zijn natuurlijk behoorlijke uitdagingen die op ons te wachten staan”, laat Els Nauta, directeur zorg Frankeland, Jacobs Gasthuis en Thuiszorg Ouderen Frankelandgroep, aan Twee weten.

20251216_thuiszorg.00_02_28_05.Still014.jpg

Lokale cijfers vergrijzing Schiedam en Vlaardingen op basis van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek / Foto: Twee

Lokale cijfers

Landelijk is het aandeel 65-plussers sinds 2015 gestegen van 18,5 naar 20 procent. In Schiedam nam het aandeel ouderen in dezelfde periode toe van 16,8 naar 17,8 procent, terwijl Vlaardingen al langer boven de 20 procent ligt, van 20,4 naar 20,8 procent. Beide gemeenten volgen daarmee de landelijke trend, zij het op verschillende niveaus. Door deze vergrijzing kan de vraag naar thuiszorg en begeleiding flink toenemen, met name binnen de Wmo, waar de uitvoering en capaciteit al onder druk staan.

Vooral de vraag naar de Wmo lijkt toe te nemen, vertellen thuiszorgmedewerkers aan Twee. Uit angst voor represailles willen velen liever anoniem blijven. “We hebben steeds minder tijd om hetzelfde werk te doen. Daardoor bouwen we minder een band op met de cliënt”, zegt een medewerker. Voor veel cliënten betekent dit dat er minder aandacht is voor persoonlijke behoeften. Tegelijkertijd daalt het aantal toegekende uren. “In het begin kregen cliënten drie uur en nu nog maar twee uur, terwijl sommige mensen meer tijd nodig hebben dan andere,” legt dezelfde medewerker uit.

20251216_thuiszorg.00_00_40_09.Still005.jpg

Woningen van de Frankelandgroep in Schiedam / Foto: Twee

Lange wachttijden Wmo

Ook hekelen zij de wachttijd tot het eerste gesprek. De gemiddelde wachttijd bedraagt momenteel 33 dagen, iets korter in Vlaardingen dankzij een pilot met een andere verdeling van meldingen. Tussen een melding en het opstellen van het verslag zit gemiddeld 39 dagen. Zowel Zonnehuisgroep als De Frankelandgroup benadrukken dat samenwerking tussen zorgorganisaties cruciaal blijft. Daarnaast zien zij nieuwe technologieën en innovaties als belangrijke middelen om de groeiende zorgvraag beheersbaar te houden en de werkdruk voor medewerkers te verlichten.

De Frankelandgroep laat weten dat ze niet expliciet kunnen zijn over de wachttijden, omdat deze per zorgproduct kunnen verschillen en lastig te beoordelen zijn. De Zonnehuisgroep stelt: “We hebben geen wachtlijst en wachttijd. Zoals eerder omschreven wordt de zorg binnen een of twee dagen geleverd.” Daarmee valt de wachttijd ver buiten het gestelde gemiddelde.

Dan is er nog de werkdruk die de wmo-verzorgers ervaren: Taken die vroeger vanzelfsprekend waren, mogen nu vaak niet meer worden uitgevoerd. “Je doet het echt omdat je het leuk vindt, voor het geld moet je het niet doen. Bovendien mag je ook minder dan vroeger. Toch doe ik soms stiekem klusjes die eigenlijk niet mogen,” zegt een andere medewerker.

20251216_thuiszorg.00_07_06_12.Still008.jpg

Nel krijgt ondersteuning in huis / Foto: Twee

Langdurige zorg gaat wel goed

Ondanks deze zorgen laten Zonnehuisgroep en De Frankelandgroep weten dat zij altijd kijken naar hoe ze de inzet van medewerkers zo goed mogelijk kunnen plannen, ook binnen de wijkverpleging. Bij het bepalen van de zorg gaan zij altijd bij de cliënt langs om een goed beeld te krijgen van de benodigde en passende ondersteuning. Volgens beide organisaties gebeurt dit door medewerkers met een zorgachtergrond, waarbij vooral wordt gekeken naar de urgentie en het type zorg dat nodig is, zodat deze zo snel mogelijk kan worden ingezet. Wanneer aanvullende informatie nodig is, nemen zij contact op met de verwijzer of de familie.

De twee wijkverpleegkundigen, werkzaam bij de Frankelandgroep, Kamer Gracic en Christel den Dunnen, beide met een hbo-verpleegkundige achtergrond, benadrukken dat hun gespecialiseerde kennis cruciaal is voor het stellen van de juiste indicaties. “We kijken echt per situatie wat heeft de cliënt nodig, daarop stellen wij de indicatie en de tijd die nodig is”, zegt Kamer. Christel voegt toe: “We kijken naar de zorg en de situatie, want het is niet handig om in zo’n situatie”, zoals bij Nel, “heel erg te gaan haasten.”

20251216_thuiszorg.00_05_23_15.Still011.jpg

Wim krijgt een nieuwe steunkous / Foto: Twee

Indicatie per cliënt

Dat onderstreept ook Danielle Stuit van de Frankelandgroep: “We kijken echt naar de cliënt, wat kan de cliënt nog zelf, wat voor hulpmiddelen kunnen we gebruiken en pas als we dat allemaal verzameld hebben, rolt een tijd uit die bij die cliënt passend is.” Volgens Stuit en Nauta is het belangrijk dat professionals aan huis komen om een zo volledig mogelijk beeld te krijgen en te voorkomen dat cliënten de verkeerde tijdsindicatie krijgen om zo volledig beeld van de cliënt te krijgen, zodat de juiste zorg met een passende tijdsindicatie wordt geleverd. 

Ook de Zonnehuisgroep werkt volgens een soortgelijke werkwijze. In een schriftelijke reactie laten zij weten dat de cliënt altijd het eerste aanspreekpunt is, omdat hij of zij de zorg ontvangt en hierover samen met de zorgverleners wordt geëvalueerd. Mantelzorgers worden, afhankelijk van de zorgvraag, betrokken bij het intakegesprek, de zorgplanning en evaluaties. “We maken afspraken welke taken zij op zich nemen en waar professionele ondersteuning vanuit het team nodig is”, aldus de organisatie.

20251216_thuiszorg.00_05_51_03.Still007.jpg

Nel en Willem luisteren naar alarmcentrale vanuit speciale kast in huis / Foto: Twee

Nieuwe hulpmiddelen

Uiteindelijk hopen beide organisaties dat ze zo de druk op de thuiszorg kunnen verlichten, al erkennen ze ook de uitdagingen. “We hebben heel erg de handen ineengeslagen om te kijken hoe we met dit vraagstuk om moeten gaan”, zegt Nauta. Volgens haar is dat gekoppeld aan een andere manier van werken: “Waar we voorheen vooral dienstverlenend waren, zijn we nu veel meer aan het kijken van wat kan iemand nog zelf en kijken we naar hulpmiddelen die mensen zelf nog kunnen gebruiken.”

Zo verwijzen zowel Stuit als Nauta naar innovaties zoals de oogdruppelbril en de Medido. De Medido is een slimme medicijndispenser die gebruikers op ingestelde tijden een signaal geeft en de juiste dosis beschikbaar stelt, zodat zorgverleners of mantelzorgers niet constant hoeven te controleren of medicijnen op tijd worden ingenomen. De oogdruppelbril werkt op vergelijkbare wijze: het apparaat helpt gebruikers hun oogdruppels op het juiste moment toe te dienen, waardoor ze zelfstandiger blijven en minder afhankelijk zijn van hulp van anderen.

Bij de familie Schouten staat een speciale kast, de centrale unit van een persoonlijk alarmsysteem. Als Nel valt of hulp nodig heeft, kan ze een noodknop op haar pols indrukken. Het alarm gaat vervolgens af in de woonkamer en er wordt direct contact gelegd met een medewerker van de Frankelandgroep, die haar zo snel mogelijk van hulp kan voorzien. Volgens Nel en Willem is dit het perfecte hulpmiddel voor als er iets misgaat, omdat het hen een veilig gevoel geeft en tegelijkertijd Nel de zelfstandigheid laat behouden.

20251216_thuiszorg.00_01_10_22.Still015.jpg

Thuiszorger bindt verband om / Foto: Twee

Aanvragen dalen

En dat die hulpmiddelen lijken zijn vruchten af te werpen, tenminste als het gaat om de Wmo. Rogplus, de regionale organisatie die de uitvoering van Wmo-voorzieningen in Schiedam en Vlaardingen coördineert, registreert alle meldingen en zorgt voor de inzet van hulp. Volgens de halfjaarrapportage is het gebruik van Wmo-voorzieningen in de eerste helft van 2025 licht gedaald ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. In Vlaardingen daalde het aantal meldingen met ongeveer zes procent, in Schiedam met acht procent.

Na jaren waarin de vraag naar Wmo-zorg sneller groeide dan de bevolkingsontwikkeling zou doen vermoeden, lijkt die groei nu te stabiliseren. Zo denken de wijkverplegingen onder meer dat ouderen steeds handiger worden en ook beter begrijpen hoe de nieuwe technologieën werken. Daarmee sluit het gebruik beter aan bij de demografische ontwikkeling, al is het nog te vroeg om hier definitieve conclusies aan te verbinden.

20251216_thuiszorg.00_13_22_09.Still013.jpg

Den Haag / Foto: Twee

Ontwikkelingen

Het kabinet kondigde aan dat vanaf 2027 de eigen bijdrage voor de Wmo wordt aangepast. Deze moet eerlijker worden vastgesteld door beter rekening te houden met inkomen en vermogen. Het doel is dat de Wmo beter aansluit op de draagkracht van inwoners, terwijl de betaalbaarheid van de zorg behouden blijft. Voor veel thuishulpen en cliënten betekent dit hopelijk verlichting, maar de druk op de uitvoerders van de Wmo zal ook daarna hoog blijven. Langer zelfstandig thuis wonen kan alleen als er genoeg mensen beschikbaar blijven om hulp te bieden.

Nel, die momenteel gebruikmaakt van Wlz-zorg en Wmo-zorg, hoopt dat ze nog lange tijd van de zorg kan profiteren. Volgens haar en haar echtgenoot Willem kunnen ze echt niet zonder. “Als het aan ons ligt, willen we het liefst nog zo lang mogelijk samen blijven wonen”, zeggen ze beiden.

Disclaimer

We hebben geprobeerd contact te leggen met alle thuiszorgaanbieders in Schiedam en Vlaardingen. Ondanks herhaalde pogingen is het ons niet gelukt met alle partijen in gesprek te komen. Wel hebben we contact kunnen leggen met de twee grootste aanbieders: de Frankeland Groep in Schiedam en de Zonnehuisgroep in Vlaardingen. De gegevens van de anonieme medewerkers zijn bij de redactie bekend.